afb. 1937
Aan het eind van de negentiende eeuw werd de stadswijk Het Zand gerealiseerd. In 1868 was het station het eerste gerealiseerde gebouw - en zeer laat - in 1927 de school van 't Nut het laatste grote pand. De nieuwe wijk werd door middel van drie bruggen verbonden met de oude stad. Als eerste werd de stationsbrug (de Wilhelminabrug) aangelegd, later gevolgd door de draaibrug bij het Brugplein (1899) en een brug aan het zuidelijk uiteinde van de wijk. Deze laatste brug werd in 1900 gerealiseerd. Het was een rustieke oeververbinding, waarvan de leuning uit boomstammetjes en takken bestond. Al snel gaven Bosschenaren het daarom de naam 'Knuppeltjesbrug'. Bijna veertig jaar heeft deze Knuppeltjesbrug als oeververbinding dienst gedaan. Wegens het toenemende autoverkeer, werd de Traverse door Het Zand aangelegd. Door deze Noord-Zuid verbinding kon het verkeer de binnenstad mijden. Bij de aanleg van deze traverse werd aan het einde van de jaren dertig ook een nieuwe, betonnen brug over de Dommel gebouwd. De Knuppeltjesbrug verdween na bijna veertig jaar trouwe dienst uit het Bossche stadsbeeld. Aan de stadszijde van de Knuppeltjesbrug verdween tegelijk met deze brug de laatste restanten van een molen. Het was 'De nieuwen stenen molen of zoals deze later bekend stond 'De molen van Van Esch'. Op de Bossche stadswallen stonden in vroeger tijd veel molens. Dáár hadden ze de beste plaats: de wind bereikte hen via het lage omliggende platteland en de wieken konden op volle toeren draaien. De molenaars waren een belangrijke beroepsgroep, die reeds vóór 1629 verenigd waren in het Molenaars- en olieslagersgilde. Sint-Agnes was hun patroonheilige. Oorspronkelijk lag de molen zelfs buiten de Bossche stadswallen, maar aan het eind van de zestiende eeuw werd ze na beschadigd te zijn geweest herbouwd op de stadswallen. Om precies te zijn: op het bastion Deuteren. Het was een houten korenwindmolen die na een brand herbouwd werd in 1715. Toen zal ze ook aan haar naam gekomen zijn. De eigenaar van de molen had zijn pand op militaire vestinggrond gebouwd. In het daarvoor door hem ondertekende huurcontract stond, dat indien er met het kanon een eresaluut gegeven werd bij ontvangst van belangrijke personen, of indien er op het (buiten de stadspoort gelegen) militaire strafterrein executies plaatsvonden, er niemand zich op of bij de molen mocht bevinden. De komst van meelfabrieken zorgde ervoor dat de molen in het begin van de jaren twintig in onbruik raakte. De wieken verdwenen al snel, maar de romp bleef nog zo'n vijftien jaar staan. In 1938 verdween ook de romp van de molen en werd de molenberg afgegraven. Op de plaats van de molen werd een benzinestation gebouwd. Maar na ruim vijftig jaar is ook dit bouwwerk onder de slopershamer terechtgekomen. |
1997 |
Henny MolhuysenVerdwenen stadsbeelden : Molen en knuppeltjesbrug aan de zuidelijke stadsgrensBrabants dagblad donderdag 23 oktober 1997 (foto) |
1895 |
Gebouwd in 1895. Bron: SA 's-Hertogenbosch |
1897 |
27 januari 1897No. 29. Namen van straten... De rustieke brug bij den steenen molen te noemen: Willemsbrug ...
Stadsarchief | GAHt Notulen gemeenteraad 1897 nr. 1(27.01) p. 1-47 | 42
|